-
Een zijdeur, ja. Tuindeuren, nee.
-
Heerlijk zwart geteerd.
-
Op een hoekje aan het Stinkevuil.
-
Pen-en-gatverbinding in de korbeel
-
Geknipte maantjes in het lood.
Gepubliceerd: Zaterdag 7 september 2019
Stefan bouwde een houten huis zoals het hoort

Katwoude - De geur van natuurlijke teer vult de neusgaten, alsof er vis wordt gerookt. Teer die nog mag en die rijkelijk vloeide om het houten huis tegen weer en wind te beschermen. Een huis waarmee we terugspringen in de tijd. Allemaal handwerk en gebouwd zonder tekening...
Restauratietimmerman Stefan Witteman is trots op het houten pand dat de afgelopen maanden in Katwoude aan de Lagedijk bij het Stinkevuil is verrezen. Pal naast het ’replicawijkje’ aan het water, alleen is dit pand geheel authentiek gebouwd.
Vrije hand
Stefan kreeg de vrije hand om dit pand te bouwen. Eigenaar Bert Boot, die vroeger in het ouderlijk huis naast dit perceel woonde, had hier een schuur staan en had altijd al een plan voor een pand op deze plek. De betonplaat lag er al. Hij had een idee voor een huis met lessenaarsdak met openslaande tuindeuren, maar gaf Stefan de vrije hand en dan wordt het anders. ,,Ik heb gekozen voor een sober pandje. Openslaande tuindeuren? Dat had hier vroeger geen enkel eenvoudig huis, dus die zijn er ook niet in gekomen. Veel ramen was ook een teken van welvaart. Er is een zijdeur en als je binnen staat, word je omarmd door dit huis. Er zijn ramen, maar ook een zekere beslotenheid waardoor je voelt dat je welkom bent. ’’ Bert wilde zoiets als de schuur die naast de Nekkermolen staat. Het mocht niet hoger worden dan vijfenhalve meter. Bij Jonker en Van der Veer in Westzaan maakte hij de spanten en plaatste die samen met Remco Jonker. Maar de rest was allemaal handwerk van Stefans eigen twee handen. Met de handgeschaafde delen en prachtige pen-en-gatverbindingen in de korbelen. Hij sloeg er de archieven van Waterland op na om zo authentiek mogelijk te kunnen bouwen. ,,Ik wil de historisch verantwoorde bouwstijl laten zien. Dit is in feite een arbeiderswoning zoals die vroeger werd neergezet in deze regio. Door het groen komt het ook wat Zaans over. Al staat het bijna helemaal in de teer. Heel Volendam, Edam en Monnickendam stonden vroeger in de teer. Dat beschermt het beste tegen inwateren en het rot nooit. Door de welvaart verdween de teer en werd er meer geschilderd. Kreeg je witte waterborden waarmee mensen lieten zien dat ze zich dat konden veroorloven. Maar teer beschermt beter.’’ Koolteer mag niet meer. ,,Dit is oprechte natuurlijke houtteer gekookt uit boomwortels, niet chemisch.’’
Op de wind
Een huis in harmonie met de natuur. Het larixhout is met de wind gezaagd op molen Het Jonge Schaap en op de wind gedroogd. Smeedijzeren nagels en taaie nagels op de schuin gezaagde delen waar twee planken in elkaar overgaan. Alsof ze door de nagels aan elkaar zijn genaaid. ,,Alles met de hand geschaafd, dat is een verrijking van het pand. Hierdoor leeft het. Zelfs het glas - ’nieuw oud glas’ - leeft, want het golft een beetje zoals dat vroeger ook was.’’
Makelaar
De rijk versierde makelaar op het sobere huis is een uitzondering: ,,Het is een soort zonnerad met een gedraaide pen als vruchtbaarheidssymbool naar het universum gericht’’, zegt Stefan. De geschulpte windveren zijn gekopieerd van een oeroud pandje (binnen ligt het oude deel nog) uit waarschijnlijk de Zaanstreek. Allemaal gebouwd en getimmerd op gevoel en met gevoel. ,,Ik heb niks getekend. Dat deden ze vroeger ook niet bij ieder huis. Je bouwde met de mogelijkheden die je had. De verbindingen zijn historisch en zo’n pen-engatverbinding in de balken is een oersterke constructie.’’
Maantjes
Nog een ’versiersel’ is het lood boven de ramen. Daar zijn schulpen of halve maantjes in geknipt, omdat hij dat mooi vindt staan. Er moet nog een ’regenpijp’ aan de goot komen. ,,Dat wordt een houten pomp, zoals ze dat noemen, ook heel ouderwets. Ik heb een missie om de originaliteit van de houtbouw in Waterland en Zaanstreek te behouden. Bij dit pand kan ik me daar heerlijk op uitleven. Het hout is van bomen die lang zijn gewaterd zodat alle sappen er uit zijn, het is met de wind gezaagd en op de wind gedroogd en ik heb de tijd kunnen nemen om mooi te timmeren. Mensen die het zien vinden het prachtig, maar we realiseren ons niet vaak genoeg dat dit soort pandjes ook her en der staat. Af en toe wordt er weer zo’n houten pandje gesloopt dat bijna instort. Dat is zonde omdat dan een stuk getimmerde bouwkunst van twee eeuwen oud zomaar in de container verdwijnt.’’
Kleurenonderzoek met toverballen schuren
Het appeltjesgroen knalt je van verre tegemoet. ,,Ja, daar zal misschien vreemd naar worden gekeken.’’
,,Kijk eens hoe het wegvalt in de natuur. Dit is allemaal gebaseerd op natuurlijke pigmenten.’’ Het groen van het schot is net zo groen als het gras en het donkere groen van de waterborden en windveren is net zo groen als het blad van een boom. ,,Dat hield mijn vader (timmerman/molenmaker Leo) er vroeger tegenaan. Zo wordt een huis één met de natuur. Er zal vast commentaar op die kleuren komen, maar ik weet dat ik gelijk heb. Mensen hebben tegenwoordig een smaak, maar vroeger hadden ze gaan smaak. Ze hadden de pigmenten van de natuur en die gebruikten ze.’’
Toverballen
Met zijn te vroeg overleden vader deed hij wel restauratieklusjes in de Amsterdamse schuilkerk Ons’ Lieve Heer op Solder’, waar ook kleurenonderzoek werd gedaan. ,,Dan schuurden ze het hout zodat er toverballen ontstonden van de verschillende kleurlagen. Dat heb ik in oude pandjes in Monnickendam ook wel gedaan en dan zie je de oorspronkelijke oude kleuren die in deze streek werden gebruikt. Bentheimer, ossenbloed, appeltjesgroen.’’
-
Een zijdeur, ja. Tuindeuren, nee.
-
Heerlijk zwart geteerd.
-
Op een hoekje aan het Stinkevuil.
-
Pen-en-gatverbinding in de korbeel
-
Geknipte maantjes in het lood.